De goednieuwsshow wordt stilaan beledigend
8500 stemmen uit de zorg, welzijn en cultuursector lieten gisteren van zich horen op een betoging tegen het besparingsbeleid van de Vlaamse overheid. Regen noch Corona hield hen tegen. De Vlaamse regering blijft het signaal ondertussen negeren. Meer nog, eigenlijk moeten we deze besparingen helemaal niet erg vinden. Want in de komende vijf jaar wordt er zelfs geïnvesteerd in zorg en welzijn. Laten we dus vooral niet panikeren, maar gewoon geloven in hocus pocus.
Een tweet die alles goed maakt
Op de Twitteraccount van minister Beke stond als reactie op de betoging het volgende te lezen: “Mijn respect voor de handen die elke dag zorg dragen voor anderen. Jullie vraag naar extra hulp is terecht. De komende jaren creëren we 13000 extra banen in de sector. Ik reik de hand aan werkgevers en werknemers om samen mensen te vinden om die jobs in te vullen.”
Sim sala bim! Besparingen zijn investeringen geworden. Hoera!
Laten we het vooral niet over de realiteit hebben, lijkt het politieke motto. We toveren de besparingen om in iets goeds en intussen negeren we de alarmbellen van een massa mensen die rechtstreeks geconfronteerd worden met de impact, die zich hier en nu afspeelt. Die goednieuwsshow begint stilaan beledigend te worden. Worden wij echt verwacht dit te geloven?
Newsflash: deze besparingen zijn niet de eerste
Iets wat nu niet meer aan bod komt – maar wat wij niet vergeten zijn – is het feit dat er al jaren bespaard wordt in deze sectoren, en dat dit de zoveelste bittere pil is die we moet slikken. Er is de laatste tien jaar geen indexering meer geweest van de werkingsmiddelen. Ook onder de vorige minister, Jo Vandeurzen, werden in 2014 besparingen doorgevoerd. En ook toen werd tegelijk de boodschap gegeven dat er geïnvesteerd werd. Jo Vandeurzen gaf echter wél oprecht toe dat de besparing voelbaar zou zijn.
It’s not all about the money
Minder middelen is helaas niet het enige waar de sector al jaren mee geconfronteerd wordt. Een eindeloze stroom aan veranderingen zorgt evengoed voor toenemende druk. Enerzijds zijn er maatschappelijke evoluties die voor extra uitdagingen zorgen. Vermarkting, vermaatschappelijking van de zorg, vergrijzing, … om er maar enkele te noemen.
Anderzijds werden we geconfronteerd met ingrijpende fusierondes, nieuwe financieringssystemen, vergaande registratie en administratie, … Verandering is uiteraard niet negatief, maar ook dat vraagt energie en inzet.
Deze veranderingen vallen niet onder de definitie besparing, en worden daarom proper uit dit debat gehouden omdat het zogezegd niets met elkaar te maken heeft. Voor de 8500 mensen die op straat kwamen, en heel wat anderen die niet betoogden, hangt dit echter allemaal samen. Zij zijn degenen die dit allemaal tegelijk moeten verwerken en onder steeds meer druk komen te staan. Zij zijn degenen die moeten uitleggen aan mensen waarom ze op een wachtlijst gezet worden. Waarom die wachtlijst langer wordt. Geen enkele rekensom van een broekzak-vestzakoperatie kan dit uitgelegd krijgen.
Overhead: de discussie boven uw hoofd
Dan is er nog de discussie rond overhead. Misschien gebruikt men bewust die vage term om te zorgen dat het gesprek zo ver mogelijk boven jouw hoofd plaatsvindt. Daardoor vraag je je af welke mensen dan in dat ‘hoofd daarboven’ zitten en wat ze daar dan uitspoken, aangezien ze blijkbaar overbodig zijn? Gaan we er dieper op in, dan goochelt de overheid graag met wat cijfers en percentages die eigenlijk niets zeggen.
Dat elke organisatie kritisch kijkt naar uitgaven voor management, administratie en logistiek is een terechte verwachting. Maar zelfs al zouden we er effectief geraken met enkel daar te snoeien (wat niet mogelijk is): het is een fabel dat dit niet raakt op het terrein.
Bovendien is het een ontzettend onrespectvolle boodschap. Alsof al het werk van structuren en ondersteunende diensten zomaar geschrapt kan worden. ‘Laat het geld naar de basis vloeien’ is een argument dat regelmatig opduikt. Tegelijk verzuipt die basiswerker steeds meer in registratie, administratie en andere verplichtingen. Snoeien in structuren en ondersteuning wil zeggen dat die basiswerker nog meer druk op zijn schouders krijgt. Het wil uiteindelijk zeggen dat er minder tijd is om mensen te helpen. Onrechtstreeks raken is ook raken.
Investeren is nú nodig
Verschillende alarmsignalen geven aan dat het er niet gemakkelijker op wordt. Er zijn in veel organisaties problematisch lange wachtlijsten. Hoe langer iemand moet wachten, hoe groter de kans op escalatie en hoe intensiever de zorg of hulp. Tussen 2020 en 2040 zullen er bovendien 60% 85-plussers bijkomen. Het aantal burn-outs in de zorg- en welzijnssector ligt nu al hoog. En zo kunnen we nog even doorgaan.
Wij kunnen onmogelijk applaudisseren bij de aankondiging van ‘investeringen’, als daar eerst nog een rondje besparen aan vooraf gaat. Alsof er de luxe is om te wachten. Alsof de situatie intussen niet verder verergert. Alsof die investeringen dan uiteindelijk niet gewoon zullen dienen om de escalerende schade die intussen gemaakt werd te compenseren.
Politiek gekibbel kabbelt voort
Intussen aanschouwen we verder het gebrek aan ernstig inhoudelijk politiek debat hierover, maar mogen we in de commissie welzijn wel genieten van lacherige spelletjes tussen politieke strekkingen over het wagenpark van de minister. Kibbel en kabbel rustig voort. Wij wachten ondertussen af. Want we moeten ons geen zorgen maken. Dat vertellen we intussen dan ook aan onze cliënten terwijl we hen op steeds langere wachtlijsten plaatsen?
Dit artikel verscheen ook op DeWereldMorgen.be.